ipratropium met salbutamol inhalatie

Introductie

Ipratropium en salbutamol behoren tot luchtwegverwijders.

Artsen schrijven de combinatie voor bij chronische obstructieve longziekte (COPD).


Instructiefilmpje

Film 1 - Inhalatoren met en zonder voorzetkamer


Highlight


Werking

Chronische obstructieve longziekte (COPD)

Verschijnselen
COPD is de Engelse afkorting voor chronisch obstructieve longziekte. Bij COPD zijn de luchtwegen blijvend vernauwd en heeft u last van slijm in de luchtwegen. U moet daardoor veel hoesten en u bent vrijwel altijd benauwd. De klachten kunnen af en toe verergeren of juist verminderen. De oorzaak van COPD is meestal een beschadiging van de luchtwegen, bijvoorbeeld door roken.

Werking
Ipratropium en salbutamol heffen aanvallen van benauwdheid op doordat ze de verkramping in de luchtwegen tegengaan. De twee stoffen doen dit op een verschillende manier en vullen elkaar daardoor aan.

Behandeling
Mensen met COPD gebruiken vooral luchtwegverwijders om hun klachten te verminderen. Als gebruik van één luchtwegverwijder onvoldoende helpt, kan uw arts deze combinatie van luchtwegverwijders voorschrijven.

Effect
Dit medicijn werkt binnen vijf minuten na inhalatie. De werking houdt ongeveer zes tot acht uur aan.

Lees meer over chronische obstructieve longziekte (copd) . "


Bijwerkingen

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Een droge mond, een geïrriteerde mond en keel, kriebelhoest en heesheid.

    Als u veel last heeft van een droge mond, kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Door de droge mond ontstaan sneller gaatjes in uw gebit en ontstekingen van het slijmvlies van de mondholte. Poets en flos extra goed als u merkt dat u last blijft houden van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker controleren.

  • Hartkloppingen, versnelde hartslag en trillende handen. Heeft u hartkramp (angina pectoris) dan kan dit medicijn uw hartklachten verergeren.

    Deze klachten horen binnen enkele uren na gebruik over te gaan. Gebruikt u dit medicijn vaker per dag, dan zult u er na verloop van enkele dagen geen last meer van hebben. Heeft u er na twee weken nog altijd last van, raadpleeg dan uw arts.

    Overleg met uw arts als u hartkramp (angina pectoris) heeft.

  • Hoofdpijn, misselijkheid en duizeligheid.

    Heeft u hier veel last van, raadpleeg dan uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals diarree, verstopping en braken.

    Heeft u hier veel last van, raadpleeg dan uw arts.

  • Wazig zien en zeer zelden oogpijn.

    Waarschuw uw arts bij pijnklachten.

  • Zweten en smaakstoornissen.

  • Spierpijn, spierkramp of spierzwakte.

  • Toename van benauwdheidsklachten direct na toedienen van het medicijn.

    In dat geval het medicijn niet meer gebruiken en een arts raadplegen.

  • Oedeem. Dit merkt u aan opgezwollen enkels en voeten. Mensen die al last van oedeem hebben, bijvoorbeeld door hartfalen zijn hier extra gevoelig voor.

    Overleg voor gebruik met uw arts als u ernstig hartfalen of oedeem hebt.

  • Psychische klachten, zoals nervositeit, angst, rusteloosheid of hallucinaties. Ook kunnen tijdelijke gedragsveranderingen of slaapstoornissen ontstaan. Kinderen kunnen hyperactief of prikkelbaar worden.

    Mochten u of uw kind veel last hebben van deze bijwerkingen, vraag dan uw arts om advies.

  • Hartritmestoornissen. U kunt last krijgen van plotselinge duizelingen of kortdurend buiten bewustzijn raken. Dit is vooral van belang voor mensen met een bepaalde hartritmestoornis, namelijk het aangeboren verlengde QT-interval.

    Gebruik dit medicijn NIET als u deze hartritmestoornis heeft. Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander middel.

  • Hartaandoeningen, zoals meer kans op een hartaanval. De kans hierop is groter bij mensen die al eerder een hartaanval hebben gehad. Waarschuw uw arts, als u plotseling pijn op de borst krijgt.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. U merkt dit aan galbulten of jeuk.

    In zeer zeldzame gevallen kunt u last krijgen van gezwollen oogleden, lippen of gezicht of ernstige benauwdheid. Waarschuw dan direct een arts of ga naar de Eerste-Hulpdienst. Als u overgevoelig bent voor dit medicijn, geef dit dan door aan de apotheker. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen


Gebruik

Hoe?

  • Goed inhaleren is lastig en kost veel oefening. Alleen als u goed inhaleert komt de werkzame stof diep genoeg in uw longen om te werken.
  • De inhalatievloeistof, ook wel verneveloplossing genoemd, wordt via een speciaal apparaat in de lucht verneveld. Dit is een ultrasonore vernevelaar. Inhaleren gaat door in- en uitademen via een masker. Of door inademen via een mondstuk (uitademen via de neus of door het mondstuk uit de mond te nemen). Deze manier van inhaleren wordt meestal gebruikt bij ernstige klachten.
  • De arts of verpleegkundige in het ziekenhuis zal u uitleggen hoe het apparaat werkt. En het inhaleren een keer voordoen. Daarna kunt u een keer oefenen en kan de arts of verpleegkundige nagaan of u alle handelingen goed uitvoert.
  • De inhalatievloeistof zit in plastic buisjes (ampullen). Trek voorzichtig een plastic ampul van de strip af, houd de ampul rechtop en draai de dop eraf.
  • Giet de inhoud van de ampul in het reservoir van het vernevelapparaat. Als u niet de gehele ampul gebruikt, maar een deel ervan, bewaar het restant dan niet, maar gooi het weg.
  • Inhaleer het voorgeschreven aantal minuten. Meestal is dit tussen 5 en 15 minuten.
  • Spoel uw mond na gebruik. U voorkomt hiermee gaatjes (tandcariës).
  • Laat regelmatig, bijvoorbeeld elk jaar, controleren of u nog op de juiste manier inhaleert.

Wanneer?
U gebruikt dit medicijn om klachten van benauwdheid te verminderen of te voorkomen. Verdeel de inhalaties dan zo goed mogelijk over de dag, dan heeft u er het meest profijt van. Dus met een pauze van 6 tot 8 uur.

Hoe lang?
Meestal moet u dit medicijn lange tijd gebruiken. Neem contact op met uw arts of apotheker als dit middel niet of onvoldoende helpt.


Vergeten

Als u benauwd bent en merkt dat u een inhalatie hebt vergeten: inhaleer dan direct. Neem een eventueel volgende inhalatie minimaal een half uur later.

Als u niet benauwd bent en merkt dat u een inhalatie vergeten hebt: sla de inhalatie dan over. En neem de volgende inhalatie op de gewone tijd.


Verboden

autorijden?
Bij een aantal mensen komt de eerste dagen van gebruik duizeligheid of wazig zien voor. Na een paar dagen is dat meestal weer over. Neem geen deel aan het verkeer als u last heeft van deze bijwerkingen.

alcohol drinken en alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.


Wisselwerking

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

Sommige bètablokkers. Bètablokkers worden gebruikt bij hart- en vaatziekten, migraine, schildklierziekten en examenvrees. Ook sommige oogdruppels die bij glaucoom (verhoogde oogboldruk) worden gebruikt bevatten bètablokkers. Bètablokkers kunnen het effect van salbutamol tegengaan. Hierdoor kunt u meer last van benauwdheid krijgen. Als u merkt dat u benauwder bent, neem dan contact op met uw arts.

  • Gebruikt u een bètablokker? Neem contact op met uw arts als u deze combinatie voorgeschreven krijgt. Mogelijk is een ander medicijn beter geschikt voor u. De bètablokkers bij hart- en vaatziekten waarbij de wisselwerking optreedt zijn carvedilol, labetalol, oxprenolol, propranolol, sotalol.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.


Zwangerschap

Zwangerschap 
Er zijn niet veel zwangere vrouwen die dit medicijn hebben gebruikt. Daarom is niet zeker wat de risico's van dit medicijn zijn voor zwangere vrouwen en hun baby. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Samen kunt u bespreken wat het risico voor de baby is als u doorgaat met het medicijn. Of wat het risico voor u of uw baby is als u met het medicijn stopt. Na inhalatie komt slechts weinig van het medicijn in het bloed. Daarom is het risico klein dat de baby hiervan schade ondervindt.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Er zijn niet veel vrouwen die dit medicijn hebben gebruikt tijdens het geven van borstvoeding. Daarom is niet zeker wat de risico's van dit medicijn zijn voor de baby. In theorie komt na inhalatie slechts weinig van het medicijn in uw bloed en in de moedermelk. Daarom is het risico klein dat de baby hiervan schade ondervindt.


Stoppen

U kunt op elk moment in één keer met het gebruik van dit medicijn stoppen. Houd er wel rekening mee dat uw benauwdheid terug kan komen.


Handelsinformatie

Ipratropium is sinds 1974 internationaal op de markt. Salbutamol sinds 1968. Deze combinatie is op recept te krijgen onder de merknamen Combivent en Ipramol en als het merkloze Ipratropium/Salbutamol FNA. Het is verkrijgbaar in inhalatievloeistof. Dit wordt ook wel verneveloplossing genoemd.


Disclaimer

Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.