exenatide

Introductie

Exenatide is een verlager van het bloedsuiker. Het behoort tot de incretine-achtige stoffen. Deze zorgen ervoor dat de hoeveelheid insuline na een maaltijd beter op peil is en dat het lichaam minder suiker vrijzet.

Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus (suikerziekte).


Highlight

  • Exenatide verlaagt het bloedsuiker. Een te hoog bloedsuiker maakt ziek en is schadelijk voor hart- en bloedvaten, ogen, nieren en zenuwen.
  • Bij diabetes mellitus (suikerziekte).
  • Diabetesverschijnselen (dorst, vaak plassen en een droge mond) verdwijnen meestal binnen een paar dagen. Binnen enkele weken bent u minder moe.
  • Gebruikt u exenatide-injectie 2 keer per dag? Doe dat dan voor het ontbijt en voor het avondeten. Zorg voor minimaal 6 uur tussen elke injectie. Eet altijd binnen een uur na de injectie anders kunt u flauwvallen door een te laag bloedsuiker (hypo).
  • Gebruikt u dit medicijn 1 keer per week? Doe dat dan op een vast tijdstip op een vaste dag.
  • Door exenatide te gebruiken heeft u minder kans op schade door diabetes. Zoals wonden die slecht genezen, zenuwpijn, nierproblemen, hart- en vaatziekten en blindheid.
  • U heeft kans op een te laag bloedsuiker (hypo). Dit merkt u aan honger, een wisselend humeur, verwardheid, hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid, een bleek gezicht, wazig zien, beven, zweten en hartkloppingen. Eet of drink bij een hypo snel iets met (druiven)suiker.
  • Andere bijwerkingen: misselijkheid, braken, verstopping of diarree, jeuk op de injectieplaats, duizeligheid en hoofdpijn.


Werking

Diabetes mellitus

Exenatide wordt gebruikt bij type-2-diabetes. Dit type diabetes werd vroeger ouderdomsdiabetes genoemd.

Verschijnselen
Bij diabetes is het bloedsuiker te hoog. Dit veroorzaakt dorst, een droge mond, veel plassen, wazig zien, moeheid, lusteloosheid en slecht genezende wonden. Verder is een te hoog bloedsuiker schadelijk, voor de ogen, het hart, de nieren en de zenuwen.

Oorzaak
Hoe ontstaat dit te hoge bloedsuiker? Na een maaltijd maakt het lichaam suiker uit koolhydraten, bijvoorbeeld uit brood en aardappels.
Het suiker dat zo in het bloed komt, kan worden gebruikt als brandstof, bijvoorbeeld door de hersenen. Ook slaan de lever en spieren suiker op als voorraad voor later. Hiervoor hebben ze insuline nodig. Insuline wordt in de alvleesklier gemaakt.

Bij type-2-diabetes zijn de lever en spieren minder gevoelig voor insuline. Er is dan meer insuline van de alvleesklier nodig. Soms kan de alvleesklier niet zo veel insuline aanmaken. Het gevolg is dat niet alle suiker wordt opgeslagen en uw bloedsuiker stijgt.

Behandeling
Om uw bloedsuiker te verlagen, kunt u meer bewegen en minder calorierijk eten. Het lichaam wordt dan weer gevoeliger voor insuline. Hierdoor is er minder insuline nodig om uw bloedsuiker te verlagen. Als dit niet voldoende helpt, zal uw arts meestal een bloedsuikerverlagend medicijn voorschrijven.

Meestal schrijft de arts eerst de bloedsuikerverlager metformine voor. Als metformine onvoldoende werkt zal de arts er een andere bloedsuikerverlager bij doen, zoals glimepiride, tolbutamide of pioglitazon. Pas als deze combinatie onvoldoende effect heeft en er sprake is van ernstig overgewicht, kan de arts er voor kiezen ook exenatide voor te schrijven. Ook kan exenatide gebruikt worden bij mensen die insuline (met metformine of pioglitazon) gebruiken. Wanneer deze middelen niet genoeg effect hebben, kan exenatide worden toegevoegd.

Werking
De darmwand maakt gedurende de dag bepaalde stoffen aan, de zogenaamde incretines. Incretines prikkelen de alvleesklier om meer insuline af te geven en remmen de lever om suiker in het bloed vrij te zetten. Het resultaat is dat uw bloedsuiker daalt.

Exetanide heeft een zelfde soort werking als deze incretines en kan er dus ook voor zorgen dat het bloedsuiker daalt.

Effect
Het is belangrijk dat u dit medicijn uw leven lang elke dag of elke week gebruikt. De werking is meestal binnen enkele weken merkbaar. Op de lange termijn zult u dan minder kans hebben op oogschade, nierproblemen, slecht genezende wonden en zenuwpijn. Verder is het belangrijk een gezonde levensstijl te houden: niet roken, voldoende bewegen en een gezond dieet.

De verschijnselen van diabetes nemen geleidelijk af. Dorst, vaak plassen en een droge mond verdwijnen meestal binnen enkele dagen. Vermoeidheidsklachten verminderen meestal binnen enkele weken. Behalve als uw vermoeidheid door iets anders komt dan door de diabetes.

Lees meer over diabetes mellitus . "


Bijwerkingen

Regelmatig (bij meer dan 30 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, verstopping en diarree.

    Deze bijwerking verdwijnt meestal al u gewend raakt aan het medicijn. Raadpleeg uw arts als u hier last van blijft houden.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Jeuk, roodheid en zeer zelden huiduitslag op de injectieplaats.

  • Verminderde eetlust, gewichtsverlies, buikpijn, verstoorde spijsvertering, zuurbranden, winderigheid en een opgezwollen buik.

  • Een te laag bloedglucose (hypo).

    Dit ontstaat vaker bij combinatie met andere glucoseverlagende middelen of insuline.

  • Duizeligheid, hoofdpijn, zweten, nervositeit en een verzwakt gevoel.

  • Wazig zien in het begin van de behandeling. Ook kan uw gezichtvermogen de eerste maanden veranderen.

    Dit komt doordat uw ogen aan de veranderingen in de bloedglucose moeten wennen. Wacht dus liefst nog een aantal weken met het aanmeten van een (nieuwe) leesbril.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Veranderde smaak

  • Verminderde nierwerking

  • Overgevoeligheid. Dit uit zich in huiduitslag, jeuk en galbulten, en zeer zelden zwelling van gezicht, lippen, tong en keel, waardoor benauwdheid kan ontstaan.

     Stop met het gebruik en bel meteen een arts. In de toekomst mag u dit soort middelen niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor exenatide. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of andere soortgelijke middelen niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen


Gebruik

Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.

Hoe?
Dit medicijn moet u vlak onder de huid injecteren, in uw bovenbeen, buik of bovenarm. Meestal heeft u geleerd om uzelf te injecteren of doet een bekende of familielid dat.

Wanneer?

  • U gebruikt dit medicijn 2 keer per dag (voor het ontbijt en voor het avondeten). Zorg voor minimaal 6 uur tussen elke injectie. Eet altijd binnen een uur na de injectie. Doet u dat niet, dan kunt u flauwvallen door een te laag bloedsuiker.
  • U gebruikt dit medicijn 1 keer per week. Doe dat op een vaste dag en vast tijdstip, dan vergeet u minder snel een dosis.

Hoe lang?
Als dit medicijn uw bloedsuiker voldoende naar beneden brengt, moet u het waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.


Vergeten

Het is belangrijk dit middel consequent te gebruiken. Mocht u toch een dosis vergeten zijn:

  • U gebruikt dit medicijn 2 keer per dag en heeft u al gegeten? Sla de injectie dan over. Zorg dat er minstens 6 uur is tussen twee injecties. Neem nooit een dubbele dosis.
  • U gebruikt dit medicijn 1 keer per week. Dien de vergeten injectie dan alsnog toe. Dien de volgende dosis toe op de gebruikelijke dag van uw schema. Zorg dat er minstens 24 uur is tussen twee injecties. Neem nooit een dubbele dosis.


Verboden

autorijden?
Omdat u kans heeft op een hypo kan het gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen. U mag daarom alleen autorijden als u doorgaans een hypo goed voelt aankomen. U kunt hier dan op een goede manier op reageren. Overleg hierover met uw arts.

Let op: ook diabetes kan een reden zijn dat u niet mag autorijden. Hiervoor gelden bepaalde keuringseisen. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

Mag u wel autorijden?
Houd dan rekening met de volgende adviezen:

  • Rijd alleen als u zich goed voelt.
  • Meet altijd voor u vertrekt uw bloedsuiker.
  • Zorg dat u druivensuiker of suikerklontjes in de auto bij de hand heeft.
  • Heeft u tijdens het autorijden een (dreigende) hypo?
    - Zoek een veilige plek en breng de auto daar tot stilstand.
    - Eet wat druivensuiker of suikerklontjes.
    - Controleer uw bloedsuiker en rijd pas verder als deze hoger is dan 6 mmol/liter.

alcohol drinken?
Alcohol kan een 'hypo' veroorzaken en uw lichaam herstelt hier trager van. Drink liever geen alcohol of hooguit 1 glas per dag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate. U kunt dan zelf inschatten of u er veel last van krijgt. Drink de alcohol wel op een gevulde maag, anders is het effect op de bloedsuiker te sterk.

alles eten?
Houd bij wat en hoeveel u eet. Bij diabetes is een goed gewicht erg belangrijk. Als u overgewicht heeft is het daarom aan te raden om af te vallen. Raadpleeg eventueel een diëtist.

Verder is het belangrijk dat u de koolhydraten in uw eten zo veel mogelijk over de dag verspreidt. Koolhydraten zitten vooral in voedingsmiddelen als brood, rijst, aardappelen, fris, koek, snoep en chips.


Wisselwerking

Er zijn van dit medicijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend.


Zwangerschap

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Als u zwanger bent of binnenkort wilt worden, zult u meestal (tijdelijk) over moeten stappen op een insuline. Overleg hierover met uw arts.

U moet tijdens uw zwangerschap onder strikte controle blijven. Grote schommelingen in uw bloedsuiker kunnen schadelijk zijn voor u en voor de groei en ontwikkeling van uw kind. Neem daarom contact op met uw arts zodra u zwanger bent, of dit binnenkort wilt worden.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Meestal zult u moeten overstappen op insuline of een ander medicijn waarvan bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.


Stoppen

Als u stopt met dit medicijn, zal uw bloedsuiker waarschijnlijk weer stijgen. Stop daarom alleen als uw arts dat adviseert, bijvoorbeeld omdat u overstapt op een andere bloedsuikerverlager.

Bij ernstige ziekte en als u geopereerd moet worden, kan uw bloedsuiker te sterk stijgen of te veel variëren. Dit medicijn voldoet dan niet. U moet dan tijdelijk overstappen op insuline. Overleg met uw arts wat u in dit specifieke geval moet doen.

Heeft u diabetes type 2 en denkt u erover na om te stoppen met dit medicijn? Lees voor meer informatie het thema 'Kan ik stoppen met mijn medicijnen tegen diabetes type 2 (suikerziekte)?'.


Handelsinformatie

Exenatide is sinds 2006 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar in injecties onder de merknaam Byetta en Bydureon.


Disclaimer

Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.